Openingstoespraak van de burgemeester op 2 oktober 1998.
Niet zonder trots ben ik vandaag met u getuige van de opening van de Hiltho’98, die met 275 exposanten nu al in de media de grootste paviljoenbeurs van Nederland wordt genoemd. We hebben haar carrière gevolgd van het nog steeds zo genoemde Hiltho-terrein tegenover De Oude Lind, naar het terrein Hoogveld-Oost aan de zuidzijde van de gemeente, om nu uiteindelijk terecht te komen waar ze ook in volgende jaren domicilie zal kiezen: de Kasteelse Bossen.
Voorvaderlijk gebied
Deze zomer werd het gerenoveerde park rond de kasteelruïne weer in gebruik genomen door Horster verenigingen, tesamen met vele duizenden bezoekers die daarvan getuige wilden zijn. Verbeeldingskracht, aanzienlijke investeringen en een grandioze inzet van verenigingen gaf glans aan de openingsdag. Een gloriedag voor degenen die zich voor die zogenoemde kasteelfeesten hebben willen inzetten. Een gloriedag voor de Horster gemeenschap. En ook een gloriedag voor de graaf van Westerholt die trots bleef op het hem ontnomen bezit en blij verrast was met de zorg van Horst voor het voorvaderlijk erfgoed.
Jan van Heijster
Maar vandaag beleven we een ander wonder. Dat wonder heet Hiltho. De boorling van Jan van Heijster die opgroeide onder de hoge kruinen van de parkbomen nabij de Oude Lind, trekt nu de Kasteelse Bossen in. Met een vijftiental verenigingen die zorg koesteren voor de gezichtbepalende objecten in dit park, verwelkomen we straks ook de organisatie van de nationale Menwedstrijden. Maar vandaag zijn alle schijnwerpers terecht gericht op de hier tienduizenden bezoekers tellende Hiltho.
Horst, gemeentebestuur en gemeenschap, bezien dit alles met genoegen en trots. Het ondernemerschap van onze eigen mensen mag zeker de bedding worden genoemd, waar ondernemers van elders in deze Hiltho-dagen wel bij varen. En het zou mij dierbaar zijn indien we over enige jaren het toeristisch ondernemerschap kunnen profileren als een nieuwe opmaat voor economische activiteiten in het Noord-Limburgse land – hier op het voorportaal naar het bevolkingsrijke Ruhrgebied.
Regeren is niet alleen stedelijk denken
Ik pleit vandaag daarom nog eens met klem voor een meer op het landelijk gebied toegesneden facilitering van gouvernementele middelen, waaronder ik ook mogelijkheden voor toerisme reken. Ik zeg dat omdat ik constateer dat bijvoorbeeld de provinciale cultuurnota opnieuw zwaartepunten lijkt te leggen naar het bevolkingsdichte Zuid-Limburg. Provinciale opschaling en maatvergroting van instituties en schappen worden ons verder als heilzaam aangeprezen voor een zegenrijke toekomst. De bevolking van het landelijk agrarisch gebied in bijna alle landen van Noord-West Europa roept zo langzamerhand om aandacht van de in toenemende mate stedelijk denkende regeringen. Het zich profilerend ondernemerschap in het landelijk gebied van Noord-Limburg mag daarom dezer dagen in volle breedte en uitdagend worden geëxposeerd.
Respect
Graag spreek ik respect uit naar de familie Delissen van Depro. Het zijn goede Brabanders. Zij hebben Noord-Limburg gezien als een regio waar men meedenkt met betrokkenheid en ondernemingszin. Het heeft hen zo content gemaakt dat wij hen hier niet alleen zien voor de Hiltho, maar ook met bijvoorbeeld de zittingsavonden van Carnaval, de hoogtijdagen van de Koninklijke Harmonie en bij grootse natte en droge evenementen. Zij leven met ons mee in goede en minder goede dagen. Zo langzamerhand horen zij bij ons en wij ook bij hen. Ik feliciteer hen van harte met deze Hiltho en spreek de wens uit voor goed succes voor hen en voor alle exposerende ondernemers.
Dit artikel is onderdeel van de in 2007 gepubliceerde bundel Late Haver.
Waardeer dit artikel!

Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je deze website in stand houden. Steun fasol.nl met een donatie op NL87ASNB8821079104 t.n.v. Antiquariaat Fasol, onder vermelding van ‘Donatie fasol.nl’.
Geef een reactie